De zwaan
Kon amper gaan
Toen hij zijn vleugels spreidde
En het Minnewater afzeilde
Elk jaar kwamen ze naar hem zien
Toeristen in groepjes van tien
Ze maakten een foto en wezen
Naar het prachtige witte wezen
Jaren verstreken jaren vergaan
De stad Brugge bleef bestaan
Zo ook het Minnewater
En de elke dag rijkere café uitbater
De zwaan kreeg een lief
En zorgde voor een nieuwe hartendief
Zo waren ze een tijdje met drie
Frank Marina en Bie